Direct naar artikelinhoud

Een kijkje in het hart van de asielprocedure

Beelden uit de IND-game, waarin duidelijk wordt gemaakt hoe een gesprek gaat tussen een IND-medewerker en een asielzoeker.

Wie heeft recht op een asielstatus en wie niet? Dat oordeel heeft voor de betrokkene grote gevolgen én is het dagelijks werk van de beslismedewerkers van de IND. Een kijkje in het hart van de asielprocedure: het nader gehoor, een beslissend gesprek tussen de asielzoeker en de IND-medewerker.

Een van zijn eerste gehoren was met een stateloze Palestijn uit Syrië. Klaas Castelein (32), hoor- en beslismedewerker bij de IND, weet het nog goed: "Het was een oudere man die zijn vrouw en kinderen achterliet in Egypte - onder moeilijke omstandigheden in een slechte buitenwijk van Cairo. Ik moest zijn familiegegevens in kaart brengen. De man brak meteen. Het ging hem zo aan het hart dat hij zijn vrouw had achtergelaten. Dat doet iets met je, je bent ook mens. Maar het laat ook zien hoe belangrijk je werk is."

Als hoor- en beslismedewerker neemt Castelein gehoren af van asielzoekers. Hij probeert daarmee in beeld te brengen of iemand de waarheid spreekt, of hij daadwerkelijk voor zijn veiligheid moet vrezen en uiteindelijk of iemand op grond daarvan een verblijfsvergunning moet krijgen.

Asielzoekers kennen het belang van het nader gehoor ook. Onder hen doet het verhaal de ronde dat je tijdens het nader gehoor heel erg moet letten op je lichaamshouding, want de IND medewerker kijkt namelijk ook onder de tafel, en als je voet dan heen en weer beweegt, dan is dat een teken dat je liegt.

"Het is tekenend voor de spanning die op zo'n gesprek staat", zegt asieladvocate Annelien van der Werff. "Ik heb vrouwen aan mijn tafel gehad die me heel openhartig en gedetailleerd hun verhaal vertelden, maar die een paar dagen later bij de IND niet verder kwamen dan een voorzichtig 'ja' of 'nee'. Als een bang konijntje dat in de koplampen van een auto zat te staren. Het kwam daardoor waarschijnlijk niet zo geloofwaardig over, en dat kan funest zijn."

Zelf even IND-medewerker zijn
Hoe lastig is het om de waarheid van de asielzoeker te achterhalen? 'Het Nader Gehoor' is een korte interactieve documentaire over het belangrijkste interview van de asielprocedure. Butch & Sundance Media heeft drie korte verhalen gemaakt in de vorm van games. Dat zijn letterlijke weergaven van het nader gehoor. Ze brengen de vijf dilemma’s in beeld die in het kader onderaan dit artikel kort worden besproken. Via www.trouw.nl/nadergehoor kunt u zelf de IND-medewerker spelen.

Monique Bon (51) werkt al 17 jaar voor de IND. "Ik heb een leuke baan. Vooral de afwisseling. Als je gehoren afneemt mag je heel veel vragen. Je maakt kennis met allerlei culturen. Dat is heel leerzaam. Mijn algemene ontwikkeling is er erg op vooruitgegaan sinds ik hier werk. Het is boeiend en verantwoordelijk werk.

"Maar het is ook wel zwaar. Ik neem het soms mee naar huis. Ik loop er wel eens over te piekeren. Kijk, wij zijn beleidsuitvoerders. We maken het beleid niet. We horen gewoon loyaal het beleid uit te voeren. En soms kan dat wringen. Dan is het schrijnend. In individuele gevallen kan dat vervelend zijn. En ook andersom; ik denk wel eens: 'moet jij nou een verblijfsvergunning krijgen?'"

De IND staat onder druk door de hoge instroom van asielzoekers. Eind vorig jaar onthulde de Inspectie Veiligheid en Justitie dat door tijdsdruk de zorgvuldigheid van de procedure werd aangetast. Met name bij het identificatieproces liet de IND steken vallen. Over het nader gehoor is minder bekend. Al wordt de druk daar ook gevoeld.

"Er zijn niet veel mensen die dit werk kunnen doen", zegt Rob Deelen (57), locatiemanager van het aanmeldcentrum in Zevenaar. "Maar het kraakt wel dat we zeven dagen per week open zijn, de werkdruk is hoog." Hoe gaan IND-medewerkers om met de delicate afwegingen die bij het nader gehoor spelen? En op basis waarvan bepalen ze de geloofwaardigheid?

Hoe zeker zijn de beslissingen die jullie nemen?
Castelein: "Het is geen rekenmachine. 100 procent zekerheid bestaat niet, het blijft interpreteren. We zeggen daarom ook nooit het is waar of niet waar. We zeggen alleen: 'De betrokkene heeft het aannemelijk gemaakt dat...' Het is dus niet zo dat wij een sticker plakken met 100 procent garantie. Als ik ergens over twijfel ga ik in gesprek met een collega, die drempel is heel laag.

"Het is wel eens moeilijk om te zien dat er mensen zijn die misbruik maken van de internationale verplichting die we nakomen. Maar ik heb elke zaak professioneel afgehandeld. Heb ik soms mensen gefaciliteerd die geen recht op een vergunning hebben? Dat kan ik niet uitsluiten."

Bon: "Ik ben ervan overtuigd dat er mensen zijn met een nepverhaal die toch een status krijgen. Maar ik denk niet zo heel veel. Uiteindelijk weet ik dat natuurlijk niet. Ze gaan mij niet achteraf vertellen dat ze mij voor de gek hebben gehouden.

"Het nader gehoor is het derde gehoor dat een asielzoeker krijgt. Hij heeft dan al een kort aanmeldgehoor gehad waarin naam en herkomst worden bepaald. Ook het eerste gehoor, voornamelijk over de identiteit en vluchtroute, is dan al achter de rug. Het nader gehoor gaat in op de situatie in het land van herkomst en de vluchtmotieven. Dit gehoor begint altijd met een relaas, de mogelijkheid van de asielzoeker om zijn verhaal zonder interrupties te vertellen, en kan enkele uren tot wel acht uur duren."

We maken het beleid niet. We horen gewoon loyaal het beleid uit te voeren. En soms kan dat wringen
Monique Bon, IND-medewerker

Welke middelen hebben jullie om een verhaal op echtheid te checken?
Bon: "Als iemand heel vaak zegt: 'Ik weet het niet', dan gaan wij twijfelen. Dan moet je doorvragen. Soms gaat iemand zich dan tegenspreken en kun je aanvoeren dat iemand een ongeloofwaardig verhaal heeft."

Castelein: "Vaak worden de sociale media ook gecheckt. En we worden getraind in interviewtechnieken en het begrijpen van lichaamstaal. Ik ben dus wel bezig met hoe iemand op mij reageert. Ik ben geen crime profiler, maar ik let wel op de signalen die ik binnen krijg. Soms merk je dat iemand defensief is, of heel gestrest. Soms zie je dat iemand het even warm krijgt of een lichaamsbeweging telkens herhaalt. Het helpt vaak dat even te benoemen. Hoe komt dat? We proberen altijd de asielzoeker op zijn of haar gemak te stellen."

Bon: "We hebben ook een landendesk, algemene bronnen en de ambtsberichten van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Als een verklaring daarmee niet overeenstemt, is dat een indicatie dat het niet waar zou kunnen zijn. En dan ga je confronteren. Hoe kan dat? Ik geef altijd de gelegenheid om een verklaring te geven voor afwijkende verhalen. Vaak vragen we ook door naar details. Iemand vertelt over een demonstratie, dan ga je vragen: Wanneer was dat? Waar was die demonstatie? Door welke straten liep u? Wie heeft er gesproken? Als je dat dan allemaal niet weet, is dat een indicatie dat je er niet bij bent geweest.

"Ik gebruik tijdens het nader gehoor twee beeldschermen. Ik check zoveel mogelijk tijdens een gesprek. Of ik houd een pauze om zaken uit te zoeken, informatie in te winnen of iets te checken bij de landendesk."

Welke cases geven veel onzekerheid?
Castelein: "Ik had onlangs een mevrouw die stelde uit Syrië te komen, ze had de Koerdische etniciteit. Ze zei alleen Koerdisch te spreken en geen Arabisch. Dat is a-typisch, en dus ontstond er twijfel bij ons. De vrouw merkte dat en werd daar zenuwachtig van. Toen hebben we even wat harder moeten werken om het verhaal helder te krijgen. Maar wat bleek? Ze sprak gewoon plat Arabisch en dat was iets waarvoor ze zich schaamde. Wij moeten in zo'n geval dus extra investeren in ons klantcontact."

Bon: "Waar ik vaak onzeker over ben, zijn verhalen over homoseksualiteit en bekeringen. Ik twijfel vaak of iemand nu wel of niet bekeerd is. Dan ga je sparren met een collega. Wat vind jij ervan? We proberen objectief te zijn, maar het is natuurlijk nooit 100 procent zeker. Je hebt altijd je bagage bij je. Soms gelooft een collega het wel en jij niet. Er zijn overigens ook vragenlijsten voor, en we kijken ook goed naar het proces. Hoe ben je er toe gekomen? Is dat een goed verhaal?"

Speelt opleiding dan een rol?
Castelein: "Wanneer wij het profiel in kaart brengen is een vast kopje 'referentiekader'. Een visser uit Tartus heeft een minder breed kader dan een hoogopgeleide stedeling uit Damascus. Daar pas je je vraagstelling op aan.

"Het is niet de bedoeling dat iemand die welbespraakt is, eerder in aanmerking komt voor een vergunning. Daar zijn we ons bewust van. We moeten geen vragen stellen die iemand niet kan beantwoorden."

Bon: "Dat is best lastig, want een ongeletterde Afghaan kan het lang niet zo mooi verwoorden als een hoogopgeleide Iraniër. In de praktijk blijkt dat wij geneigd zijn een hoogopgeleide Iraniër eerder te geloven dan een laagopgeleide Afghaan, omdat de laatste het niet zo goed kan verwoorden. Dat voelt vaak onprettig. Wie het mooiste kan praten, maakt de grootste kans. Het is een breed gevoel, maar hoe je dat kan oplossen, dat weet ik niet."

Heeft dit werk je veranderd?
Bon: "Ja, ik ben meer genuanceerd geworden. Je hebt veel meer kennis. Ik was van tevoren wel bang dat ik zou afstompen, dat ik cynisch zou worden. En ik laat me heus wel eens om de tuin leiden, maar ik heb niet het idee dat iedereen hier alleen maar verhaaltjes zit te vertellen. Ik kan het ze ook niet kwalijk nemen, ik zou het ook doen als ik in zo'n positie verkeerde. Natuurlijk ga je dan je best doen."

Castelein: "Het is een hypergevoelig onderwerp dat de samenleving direct raakt. Iedereen heeft er een mening over. Ik werk 40 uur voor de IND. Ik heb niet altijd zin om er op verjaardagen over te praten. Daar zeur ik niet over, maar je moet jezelf soms beschermen. Dan zeg ik gewoon dat ik er even geen zin in heb."

Woensdagavond 20 april wordt 'Het Nader Gehoor' live gepresenteerd in debatcentrum De Nieuwe Liefde in Amsterdam. Meer informatie en kaartjes via www.denieuweliefde.com.

Ruis tijdens het nader gehoor

Ludo Hekman interviewde advocaten, hulpverleners en IND medewerkers over het nader gehoor en bracht de oorzaken van onzekerheden die ontstaan bij het nader gehoor in kaart. Dit zijn de belangrijkste.

1) Opleiding. Een interview is een talige exercitie. Wie zich beter kan uitdrukken, een rijkere woordenschat heeft en een grotere algemene ontwikkeling heeft, maakt meer kans op een verblijfsvergunning.

2) Haperend geheugen. Consistent en detailleerd kunnen verklaren is een voorwaarde voor een succesvolle procedure. De IND heeft veel checks and balances ingebouwd. Sommige medewerkers zijn speciaal getraind om mensen met een trauma te interviewen. Maar het blijft een kwetsbaar punt. Zo is er een standaard medische check, maar die is bedoeld om te bepalen of iemand in staat is om geïnterviewd te worden, niet om eventuele trauma's te traceren. Dat kan leiden tot een minder consistent gehoor en dus tot de vaststelling dat het relaas niet aannemelijk is.

3) Angst. Er zijn allerlei redenen waarom een cliënt niet open durft te zijn tijdens een gehoor. Vaak speelt daarbij aangeleerde angst voor de regering of mensen in uniform een rol. Maar ook culturele verschillen spelen hier op, bijvoorbeeld de vrees om onbeleefd gevonden te worden. Ieder gehoor wordt voorafgegaan en afgesloten met de vraag: heeft u de tolk goed verstaan? In veel culturen is het niet sociaal gewenst dat ook assertief aan te geven - ook al wordt daar expliciet naar gevraagd.

4) Overtuigingen. Nepverhalen worden doorgaans snel herkend, daarvoor heeft de IND door de loop der jaren genoeg ervaring opgedaan. Maar in sommige gevallen is de overtuiging van de cliënt - 'ik ben homo' of 'ik ben een bekeerling' - doorslaggevend, en dat blijft heel moeilijk te checken.

5) De tolk. Rond de tolk spelen meerdere dilemma's. De onder punt 3 genoemde angst speelt ook richting de tolk. Het is lang niet altijd sociaal geaccepteerd om een tolk te corrigeren. Daarnaast vinden asielzoekers het soms moeilijk om voor het proces belangrijke informatie te delen, omdat ze niet geloven dat ze de tolk kunnen vertrouwen. Soms wordt er een tolk geselecteerd die een ander Arabisch accent spreekt, waardoor het voor de asielzoeker moeilijker is zich goed uit te drukken. In principe komt dit risico voor rekening van de asielzoeker. Volgens de IND wordt dit risico afgevangen doordat een gehoor altijd met de cliënt en de advocaat wordt doorgenomen en daarna correcties kunnen worden aangebracht.